/0/13389/coverbig.jpg?v=c22bf9f37d36e1ad9dbf982b078c6510)
Het voedsel der Goden en hoe het op Aarde kwam by H. G. Wells
Het voedsel der Goden en hoe het op Aarde kwam by H. G. Wells
In het midden der negentiende eeuw begon in onze vreemde wereld voor het eerst in grooten getale een klasse van menschen op te komen, die voor het meerendeel aanleg hadden om oudachtig te worden, en die genoemd worden en dit zeer terecht, hoewel zij zelf dezen titel buitengewoon onaangenaam vinden-?Scientisten." Zij vinden dit woord zóó onaangenaam, dat het in de kolommen van ?de Natuur," hetwelk van het begin af hun uitsluitend en karakteristiek orgaan was, even zorgvuldig vermeden wordt alsof het dat andere woord ware, dat de basis van alle werkelijk-gemeene taal in dit land vormt.
Doch het Groote Publiek, en zijn Pers weten dit wel beter, en ?Scientisten" blijven zij, en als zij ook maar eenigszins algemeen bekend raken, noemen wij hen ?beroemde scientisten," en ?eminente scheikundigen" en ?alom-bekende natuurkundigen" op zijn minst.
Voorzeker verdiende de heer Bensington zoowel als Professor Redwood elk van deze termen ten volle, lang vóór zij de wondervolle ontdekking deden waar dit verhaal over handelt. De heer Bensington was Lid van het Koninklijk Genootschap, een voormalig Voorzitter van het Scheikundig Genootschap, en Professor Redwood was Professor in de Physiologie aan het College van de Londensche Universiteit in Bond-street en hij was herhaaldelijk door de anti-vivisectionisten in geschriften grof belasterd. En sedert hun prilste jeugd hadden zij levens geleid van academische onderscheiding.
Zij zagen er natuurlijk heel onberoemd uit, zooals inderdaad alle ware Scientisten. Er steekt meer persoonlijke distinctie in den gladst-gemanierden acteur dan in het geheele Koninklijke Genootschap.
De heer Bensington was kort van postuur, en erg, erg kaalhoofdig, en liep lichtelijk gebogen; hij droeg een gouden bril en linnen schoenen die erg laag uitgesneden waren om zijn talrijke likdoorns, en Professor Redwood had een doodgewoon voorkomen. Tot zij toevallig het Godenvoedsel vonden (ik sta er beslist op het zoo te noemen), leidden zij zulke eminente en obscure studie-levens, dat ik er den lezer moeilijk iets van zou kunnen vertellen.
De heer Bensington verdiende zijn sporen (als wij tenminste een dergelijke uitdrukking mogen bezigen met betrekking tot een heer met uitgesneden linnen schoenen) met zijne schitterende onderzoekingen op het gebied van de Meer Giftige Alkalo?den, en Professor Redwood werd beroemd-dat herinner ik me eigenlijk niet recht meer, hoe hij beroemd werd! Méér van hem weet ik niet dan dat hij erg beroemd was. Dergelijke dingen groeien. Ik zou denken dat hij er gekomen was door een dik werk over den Duur der Reactie-bewegingen, met talrijke platen van sphygmographische opteekeningen (ik schrijf dit natuurlijk onderhevig aan verbetering) en een bewonderenswaardige nieuwe terminologie.
Het groote publiek kreeg weinig of niets van deze beide heeren te zien. Nu en dan, op plaatsen als het Koninklijk Instituut en de Maatschappij van Wetenschappen, kreeg het eens iets te zien van den heer Bensington, tenminste zijn blozende kaalheid en een stukje van zijn kraag en jas, en hoorde fragmenten van een lezing of een verhandeling, die hij zich verbeeldde goed verstaanbaar voor te dragen. En ééns herinner ik me hem gehoord te hebben-'t was op een middag in het grauwe verleden-toen het Britsche Genootschap te Dover vergaderde, en ik inviel bij afdeeling C. of D. of een dergelijke letter welke haar kwartier had opgeslagen in een herberg, en ik uit louter nieuwsgierigheid twee ernstig-kijkende dames met bruinpapieren pakjes gevolgd was door eene deur waarop ?Billard" en ?Potspel" te lezen stond, een schandelijke duisternis in, die slechts gebroken werd door een tooverlantaarn-lichtkring van Redwood's diagrammen.
Ik sloeg het inzetten en weder uithalen van de platen gade en luisterde naar een stem (ik ben vergeten wat de stem zeide) die naar ik meen de stem van Professor Redwood was, en er kwam een gesis uit de lantaarn en nog een ander geluid dat mij daar vasthield, zuiver uit nieuwsgierigheid, totdat de lichten plotseling opgedraaid werden. En toen bemerkte ik dat dit geluid niets anders was dan het geluid van het mummelen op krentenbroodjes en sandwiches en dergelijke dingen, waarvoor de leden van het Genootschap hierheen gekomen waren om op te eten onder bedekking van de duisternis der toover-lantaarn.
En ik herinner mij dat Redwood al maar doorpraatte zoolang de lichten op waren, en stond aan te wijzen op de plaats waar zijn diagram op het scherm zichtbaar behoorde geweest te zijn-en dit was het dan ook weder zoodra het weer duister werd. Ik herinner mij hem bij die gelegenheid als een doodgewonen donkeren man, die er een beetje zenuwachtig uitzag, met een air als of hij met iets anders bezig was en doende wat hij in die oogenblikken deed door een onverklaarbaar plichtsgevoel.
Ook Bensington heb ik eenmaal gehoord-in de dagen van ouds-op een opvoedkundige samenkomst in Bloomsbury. Zooals de meeste eminente Natuurkundigen en Botanici beschouwde Bensington zich ook als een groote autoriteit in opvoedkunde,-al was ik zeker dat een middelmatige klasse van een gemeenteschool hem binnen een half uur totaal van de wijs zou gebracht hebben-en zoo ver als ik het mij nù nog herinneren kan, stelde hij een verbetering van professor Armstrong's Heuristische methode voor, waardoor, met drie of vierhonderd pond kosten aan toestellen, met algeheele verwaarloozing van alle andere studievakken, en de onverdeelde aandacht van een buitengewoon begaafd onderwijzer, een middelmatig kind met een bizonderen vorm van stompzinnige degelijkheid in den loop van tien of twaalf jaren bijna evenveel chemie kon leeren als men kon halen uit een van die oppervlakkige twee-kwartjes-boeken, die toen zoo algemeen gebruikt werden...
Ge ziet wel dat beiden doodgewone menschen waren, buiten hun wetenschappelijke sfeer. En nog wel aan den onpractischen kant van het gewone. En gij zult bevinden dat dit laatste het geval is, de geheele wereld over, met ?scientisten" als klasse. Wat er groots aan hen is, is een kwelling voor hun medenatuurkundigen en een mysterie voor het groote publiek; en wat niet groot is, is duidelijk genoeg.
Er bestaat inderdaad geen twijfel omtrent wat niet groot is, want geen andere menschen-categorie heeft zulke in het oog vallende kleinheden als zij. Zij leven in een erg begrensd wereldje zoover het hun omgang met menschen betreft; hun navorschingen vergen een oneindige aandacht, en een bijna kloosterachtige afzondering; en wat er overblijft, is niet erg veel. Als men den een of anderen eigenaardigen, blooden, misvormden, grijsharigen, opgeblazen kleinen uitvinder van groote uitvindingen ziet, op belachelijke wijze getooid met het breede lint van de een of andere ridderorde, en receptie houdend voor zijne medemenschen; of den angst van ?De Natuur" leest, bij het ?verwaarloozen der Wetenschap," als de engel der geboortedag-eerelinten het Koninklijk Genootschap voorbijgaat; of luistert naar den onvermoeiden mosplantkundige die een verhandeling houdt over het werk van een ander onvermoeid mosplantkundige, komt men tot de onvermijdelijke ervaring van de onveranderlijke menschelijke kleinheid.
En toch is het rif der wetenschap, dat deze kleine ?natuurkundigen" bouwden en nòg bezig zijn te bouwen zoo wondervol, zoo gewichtig, zoo vol geheimzinnige, nog half-gevormde beloften voor de groote toekomst van den mensch! Zij schijnen zelf de dingen die zij doen niet te beseffen! Zonder twijfel had de heer Bensington, toen hij lang geleden dit beroep koos, toen hij zijn leven wijdde aan de alkalo?den en hunne verwante samenstellingen, een vaag begrip van het visioen-méér dan een vaag begrip waarschijnlijk. Want welke jonge man zou zonder een inspiratie, voor zoo weinig glorie en positie als een gewoon ?natuurkundige" verwachten kan, zijn leven gegeven hebben aan zulk werk? Neen zij moèten den roem er van gezien hebben, zij moeten dit visioen gehad hebben, doch van zóó dichtbij, dat het hen verblind heeft. De heerlijkheid ervan heeft hen verblind, (en dat is gelukkig), zoodat zij voor het overige van hun leven de fakkel der kennis hoog kunnen houden zonder berouw opdat wij kunnen zien.
En misschien wordt Redwood's afgetrokkenheid verklaard door het feit dat hij (en daar bestaat nu geen twijfel meer aan) van zijne makkers verschilde; en wel hièrin, dat er in zijn oogen nog iets van het visioen schitterde.
From the book:One afternoon, at low water, Mr. Isbister, a young artist lodging at Boscastle, walked from that place to the picturesque cove of Pentargen, desiring to examine the caves there. Halfway down the precipitous path to the Pentargen beach he came suddenly upon a man sitting in an attitude of profound distress beneath a projecting mass of rock. The hands of this man hung limply over his knees, his eyes were red and staring before him, and his face was wet with tears. He glanced round at Isbister's footfall. Both men were disconcerted, Isbister the more so, and, to override the awkwardness of his involuntary pause, he remarked, with an air of mature conviction, that the weather was hot for the time of year. "Very," answered the stranger shortly, hesitated a second, and added in a colourless tone, "I can't sleep."
Philosophically minded science fiction fans will rejoice in this novel from H.G. Wells, the author regarded as one of the originators of the genre who wrote classic gems such as The War of the Worlds, The Time Machine, The Invisible Man, and The Island of Doctor Moreau. Though more grounded in realism than some of his other works, Tono-Bungay offers an interesting look into the morality of scientific discovery.
THE WORLD SET FREE was written in 1913 and published early in 1914, and it is the latest of a series of three fantasias of possibility, stories which all turn on the possible developments in the future of some contemporary force or group of forces. The World Set Free was written under the immediate shadow of the Great War. Every intelligent person in the world felt that disaster was impending and knew no way of averting it, but few of us realised in the earlier half of 1914 how near the crash was to us. The reader will be amused to find that here it is put off until the year 1956.Noteworthy for its depiction of fictional ''atomic bombs'' which eerily prefigure the development of real nuclear weapons.
Bert Smallways is the unlikely protagonist, a kind of Edwardian Mod, not interested in a steady career, always looking for a good time, riding his proto-scooter down to Brighton at the weekends. When Bert is accidentally scooped up by a German fleet, on its way to launch a surprise attack on the United States, he finds himself with a front row seat to the greatest war that has ever been – the war in the air! This new war is to be a different sort of war than all the wars that came before it, unprecedented in its ferocity and destructiveness. The art of war has completely changed with the coming of airplanes, which the author very eloquently brings out. „The War in the Air" is a story of the awful devastation following a conflict between two first-class powers with the resources of the air at their command. It is one of the most brilliant and successful of Mr. Wells's studies in futurity.
A radical reinvention of Victorian invasion fiction, and a blueprint for the alien invasion stories that have captured the minds of science fiction readers and writers for over a century. The unnamed narrator recounts the circumstances of a Martian invasion of earth, and their subsequent behaviour once England has been laid to ruin and brought under their control, all while trying desperately to reunite with his wife. The War of the Worlds has been adapted for other media numerous times, the most famous of which is the 1938 Orson Welles radio broadcast. Keeping with the factual presentation of the novel, the broadcast was initially framed as a news bulletin, leading numerous listeners to believe the events recounted were actually happening. More recently, Steven Spielberg adapted the novel to film, with Tom Cruise in the leading role. Penguin Random House Canada is proud to bring you classic works of literature in e-book form, with the highest quality production values. Find more today and rediscover books you never knew you loved.
The New Machiavelli is written in the first person by its protagonist, Dick Remington, who has a lifelong passion for statecraft and who dreams of recasting the social and political form of the English nation. Remington is a brilliant student at Cambridge, writes several books on political themes, marries a wealthy heiress, and enters parliament as a Liberal influenced by the socialism of a couple easily recognizable as the Webbs, only to go over to the Conservatives.
On her wedding day, Khloe’s sister connived with her groom, framing her for a crime she didn’t commit. She was sentenced to three years in prison, where she endured much suffering. When Khloe was finally released, her evil sister used their mother to coerce Khloe into an indecent liaison with an elderly man. As fate would have it, Khloe crossed paths with Henrik, the dashing yet ruthless mobster who sought to alter the course of her life. Despite Henrik’s cold exterior, he cherished Khloe like no other. He helped her take retribution from her tormentors and kept her from being bullied again.
"You want a divorce?" His voice was ice, sending a chill down her spine. "You'll never get it." For three years, Bellatrix devoted herself to Cillian Laurent-Miami's ruthless tycoon and her indifferent husband-hoping to earn his love. But when she's diagnosed with a life-threatening illness, she realizes the bitter truth: she was never his choice. Just a placeholder for the woman who abandoned him. and has now returned. Determined to reclaim her life, Bellatrix demands a divorce. But the man who once ignored her now refuses to let her go. As buried secrets unravel, she discovers their twisted marriage was never what it seemed. Can she break free from a love that was never hers? Or will his obsession destroy them both?
Betrayed by her mate and sister on the eve of her wedding, Makenna was handed to the ruthless Lycan Princes as a lover, her indifferent father ignoring her plight. Determined to escape and seek revenge, she captured the interest of the three Lycan princes, who desired her exclusively amid many admirers. This complicated her plans, trapping her and making her a rival to the future Lycan queen. Entwined in jealousy and vindictiveness, could Makenna achieve her vengeance in the intricate dance with the three princes?
Linsey was stood up by her groom to run off with another woman. Furious, she grabbed a random stranger and declared, "Let's get married!" She had acted on impulse, realizing too late that her new husband was the notorious rascal, Collin. The public laughed at her, and even her runaway ex offered to reconcile. But Linsey scoffed at him. "My husband and I are very much in love!" Everyone thought she was delusional. Then Collin was revealed to be the richest man in the world. In front of everyone, he got down on one knee and held up a stunning diamond ring. "I look forward to our forever, honey."
When Corynn mustered up the courage to tell Elliot about her pregnancy, she unexpectedly found him gallantly helping another woman from his car. Her heart sank as three years of effort to secure his love crumbled before her eyes, compelling her to leave him behind. Three years later, life had taken Corynn down a new path with someone else, while Elliot was left grappling with regret. Seizing a moment of vulnerability, he pleaded, "Corynn, let's get married." Shaking her head with a faint smile, Corynn gently replied, "Sorry, I'm already engaged."
Katherine endured mistreatment for three years as Julian's wife, sacrificing everything for love. But when his sister drugged her and sent her to a client's bed, Katherine finally snapped. She left behind divorce papers, walking away from the toxic marriage. Years later, Katherine returned as a radiant star with the world at her feet. When Julian saw her again, he couldn't ignore the uncanny resemblance between her new love and himself. He had been nothing but a stand-in for someone else. Desperate to make sense of the past, Julian pressed Katherine, asking, "Did I mean nothing to you?"
© 2018-now ManoBook
TOP